Nieuwe governance voorstellen voor genoteerde vennootschappen

[update van een artikel initieel gepubliceerd op 29 maart 2024]

Op 5 juli 2023 schreven we dat, naar aanleiding van de publicatie van het jaarverslag 2022 van de FSMA, Jean-Paul Servais, voorzitter van de FSMA, een webinar had gegeven over de toekomstprojecten van de FSMA. Drie ideeën waren bijzonder relevant voor genoteerde vennootschappen: de verplichting om minstens drie onafhankelijke bestuurders te hebben, de goedkeuring door de aandeelhouders van overdrachten van significante activa, en het verbod om als bestuurder van een genoteerde vennootschap op te treden als men voorwerp heeft uitgemaakt van bepaalde veroordelingen.

Op 4 december 2023 diende de regering een wetsontwerp in bij de Kamer van volksvertegenwoordigers gebaseerd op onder meer de voorstellen van de FSMA.

Op 21 maart 2024 heeft de Kamer van volksvertegenwoordigers de finale wettekst goedgekeurd, die evenwel op een aantal punten afwijkt van het initiële wetsontwerp.

De wet werd op 28 maart 2024 afgekondigd en op 29 maart 2024 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd. Zij trad op 8 april 2024 grotendeels in werking.

1. Ten minste drie onafhankelijke bestuurders

Op basis van de Belgische Corporate Governance Code 2020 moeten genoteerde vennootschappen minstens drie onafhankelijke bestuurders hebben. De FSMA wenste de positie van onafhankelijke bestuurders te versterken en vond dat deze niet-bindende aanbeveling in bindende wetgeving moest worden vastgelegd.

Onafhankelijke bestuurders spelen een belangrijke rol, met name bij transacties met verbonden partijen, en de Belgische wetgever wenst hun positie te versterken. Daarom zullen genoteerde vennootschappen ten minste drie onafhankelijke bestuurders moeten hebben.

Voldoet de samenstelling van de raad van bestuur om welke reden dan ook niet of niet langer aan deze vereiste, dan dient de eerstvolgende algemene vergadering een raad van bestuur samen te stellen die wel aan deze vereiste voldoet (zonder dat dit afbreuk doet aan de geldige samenstelling (en dus de besluitvorming) van de raad van bestuur tot op dat ogenblik); elke andere benoeming zal nietig zijn. Ingeval de raad van bestuur na deze algemene vergadering niet geldig is samengesteld, dan zal elk financieel of ander voordeel dat aan de bestuurders toekomt op grond van hun mandaat vanaf dat ogenblik worden geschorst, tot wanneer de raad van bestuur terug geldig is samengesteld. Deze sancties zijn identiek aan de sancties die van toepassing zijn in geval van niet-naleving van de genderquota.

Wanneer de raad van bestuur de benoeming van een onafhankelijke bestuurder voorlegt aan de algemene vergadering, dan dient hij bovendien uitdrukkelijk te bevestigen geen indicatie te hebben van enig element dat de onafhankelijkheid van de kandidaat in twijfel zou kunnen trekken of, als toch twijfel zou kunnen bestaan, licht hij deze indicaties toe en zet hij de redenen uiteen waarom hij aanneemt dat de kandidaat daadwerkelijk onafhankelijk is. Daarbij resulteert het voldoen aan de bijzondere onafhankelijkheidscriteria uit de Belgische Corporate Governance Code 2020 niet langer in een vermoeden van onafhankelijkheid.

2. Goedkeuring door aandeelhouders van de overdracht van significante activa

In tegenstelling tot andere jurisdicties vereist het Belgische vennootschapsrecht momenteel geen tussenkomst van de aandeelhouders bij een overdracht van significante activa. De FSMA stelde daarom voor om een systeem van goedkeuring (of minstens raadpleging) van de aandeelhouders in te voeren voor alle overdrachten van significante activa waarbij genoteerde vennootschappen betrokken zijn.

De Belgische wetgever volgt de FSMA ook op dit punt: als een overdracht van activa door een genoteerde vennootschap of haar (niet-genoteerde) dochtervennootschappen drie vierden of meer van de (geconsolideerde) activa van de genoteerde vennootschap betreft, dan moet die vooraf door de algemene vergadering van aandeelhouders van die genoteerde vennootschap worden goedgekeurd. Deze drempel moet worden beoordeeld op basis van de laatst openbaar gemaakte jaarrekening, wat betekent dat de boekwaarde van de activa (in plaats van hun werkelijke waarde) in aanmerking moet worden genomen. Als de genoteerde vennootschap een geconsolideerde jaarrekening openbaar maakt, dan moet de drempel ook worden berekend op basis van de geconsolideerde activa. Alle overdrachten van activa van de genoteerde vennootschap en haar (niet-genoteerde) dochtervennootschappen die hebben plaatsgevonden binnen een periode van twaalf maanden (en die niet door de algemene vergadering van de genoteerde vennootschap werden goedgekeurd) moeten bovendien worden samengeteld met de voorgenomen overdracht van activa om de drempel te berekenen, zonder dat per individuele overdracht rekening wordt gehouden met enige de minimis-drempel. Er gelden evenmin uitzonderingen voor gebruikelijke verrichtingen.

Overdrachten aan een dochtervennootschap zijn evenwel vrijgesteld, behalve als de natuurlijke of rechtspersoon die de rechtstreekse of onrechtstreekse controle over de genoteerde vennootschap heeft, rechtstreeks of onrechtstreeks via andere natuurlijke of rechtspersonen dan de genoteerde vennootschap, een deelneming aanhoudt die minstens 25% van het kapitaal van de dochtervennootschap vertegenwoordigt of die hem ingeval van winstuitkering door die dochtervennootschap recht geeft op minstens 25% daarvan.

De goedkeuring door de algemene vergadering vereist geen aanwezigheidsquorum. De beslissing wordt genomen bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen, zonder rekening te houden met onthoudingen (noch in de teller, noch in de noemer). De goedkeuring moet nadien worden neergelegd ter griffie en bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad.

Op straffe van nietigheid moet de raad van bestuur de voorgestelde overdracht rechtvaardigen in een omstandig verslag, vermeld in de agenda en ter beschikking gesteld van de aandeelhouders.

Derden worden evenwel beschermd, aangezien het gebrek aan aandeelhoudersgoedkeuring de vertegenwoordigingsbevoegdheid van het bestuursorgaan niet aantast – derden mogen er dus vanuit gaan dat de goedkeuring van het bestuursorgaan volstaat.

De overdracht moet niet aan een beoordeling door de FSMA worden onderworpen.

3. Topmanagers van genoteerde vennootschappen mogen niet veroordeeld zijn tot bepaalde strafbare feiten

Naar het voorbeeld van de verbodsbepalingen die gelden voor bestuurders van kredietinstellingen of andere gereglementeerde instellingen, mogen personen die veroordeeld zijn voor bepaalde ernstige strafbare feiten (zoals het witwassen van geld, de handel met voorwetenschap en corruptie) geen mandaat uitoefenen als bestuurder van genoteerde vennootschappen.

Dit beroepsverbod zal niet alleen gelden voor de bestuurders, maar ook voor de CEO en de andere topmanagers van genoteerde vennootschappen.

Artikel 20 van de Bankwet somt de inbreuken op die een dergelijk beroepsverbod rechtvaardigen en bepaalt de duur van het beroepsverbod. Het beroepsverbod geldt voor 20 jaar bij veroordeling tot een gevangenisstraf van meer dan 12 maanden, of voor 10 jaar bij veroordeling tot een gevangenisstraf van minder dan 12 maanden, een geldboete of een straf met uitstel.

Dit beroepsverbod geldt zowel voor genoteerde vennootschappen in de strikte zin van het woord als voor vennootschappen waarvan andere effecten dan aandelen (bv. obligaties) tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten.

Inwerkingtreding

De wet werd op 29 maart 2024 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd en trad op 8 april 2024 in werking.

De vereiste om ten minste 3 onafhankelijke bestuurders te hebben, zal evenwel pas van toepassing zijn vanaf de eerste dag van het tweede boekjaar dat begint na de bekendmaking van de wet in het Belgisch Staatsblad. Met andere woorden, genoteerde vennootschappen waarvan het boekjaar op 1 januari begint, hebben tot 31 december 2025 de tijd om aan deze nieuwe vereiste te voldoen. Begint hun boekjaar bv. op 1 april, dan hebben ze tot 31 maart 2025.