Rulingcommissie bevestigt belastingvrije cashbetaling als indekkingstechniek in het kader van aandelenopties

Spotlight
15 juni 2018

De Rulingcommissie heeft in een recent gepubliceerde ruling beslist dat de belasting die bij de toekenning van aandelenopties verschuldigd is, belastingvrij vergoed kan worden door de werkgever, indien de werknemer bij de latere uitoefening van de aandelenopties verlies zou lijden (Voorafgaande Beslissing nr. 2017.805 dd. 12 december 2017) . Een dergelijke indekkingstechniek zou werkgevers moeten toelaten om tot een hogere aanvaardingsratio van de aangeboden aandelenopties te komen. 


Situering

De toekenning van aandelenopties, zoals gereglementeerd door de Wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen (de "Stockoptiewet"), is nog steeds een veelgebruikt verloningsinstrument.

Aandelenopties die onder het toepassingsgebied van de Stockoptiewet vallen en die schriftelijk worden aanvaard binnen de zestig dagen na de datum van het aanbod, zijn belastbaar op het ogenblik van de toekenning (dit wil zeggen de 60ste dag volgend op de dag van het aanbod). De begunstigde geniet in dat geval een voordeel van alle aard dat – uitgaande van een looptijd van 5 jaar – forfaitair wordt geraamd op 18% van de waarde van de onderliggende aandelen (of op 9% als aan de zogenaamde "halveringsvoorwaarden" is voldaan) (het "Belastbaar Voordeel"). Dit voordeel van alle aard wordt belast in de personenbelasting. 

Voor de begunstigde van de aandelenopties is deze upfront belastingheffing evenwel niet zonder risico. De belasting bij toekenning vormt immers de eindbelasting, ook indien de opties nooit "in the money" komen, de waarde van de onderliggende aandelen dus onder het niveau van de uitoefenprijs blijft, en de opties dus nooit worden uitgeoefend. In de praktijk werden reeds verschillende indekkingsmechanismen ontwikkeld om dit risico in hoofde van de begunstigde te beperken en een hogere aanvaardingsratio van aandelenoptieplannen te bereiken.


Belastingvrije cashbetaling om belastingkost te compenseren

Aan de Rulingcommissie werd de vraag gesteld of de vennootschap die de aandelenopties toekent de belastingkost door middel van een belastingvrije cashbetaling aan de begunstigde mag terugbetalen, indien deze laatste bij uitoefening van de aandelenopties verlies zou lijden. Het ging hier om een "cascadeaanbod", waarbij eerst een normaal aanbod werd gedaan en vervolgens, in geval van weigering, in dezelfde aanbiedingsbrief een aanbod mét cashbetaling werd gedaan. 

De begunstigden zouden een cashbetaling ontvangen wanneer:

  • de opties niet worden uitgeoefend, in welk geval de vergoeding gelijk is aan de betaalde belasting; en
  • bij uitoefening van de opties de waarde van de aandelen is gestegen, maar met een bedrag dat kleiner is dan de bij toekenning van de opties verschuldigde belasting (zodat de begunstigde dus alsnog verlies lijdt), in welk geval de vergoeding gelijk is aan dit verlies.

Deze indekkingstechniek heeft tot gevolg dat in een negatief scenario, waar de waarde van de onderliggende aandelen niet, of onvoldoende zou stijgen, de begunstigde alsnog zijn belastingkost kan recupereren ten koste van de vennootschap die de aandelenopties heeft toegekend. 

Artikel 43, §8 van de Stockoptiewet bepaalt evenwel dat indien een optieplan bedingen bevat die tot doel hebben een zeker voordeel aan de begunstigde van de optie te verlenen, dit zeker voordeel, als beroepsinkomen wordt belast in de mate dat het meer bedraagt dan het bedrag van het belastbaar voordeel dat forfaitair wordt vastgesteld op het ogenblik van de toekenning van de optie

De Rulingcommissie heeft geoordeeld dat voormelde cashbetaling een "zeker voordeel" uitmaakt in de zin van artikel 43, §8 van de Stockoptiewet, maar dat dit voordeel in ieder geval beperkt blijft tot een bedrag dat lager is dan het Belastbaar Voordeel, en aldus vrij van belasting (en sociale zekerheidsbijdragen) kan worden toegekend. 

Met deze beslissing bevestigt de Rulingcommissie dat artikel 43, §8 van de Stockoptiewet een belastingvrije compensatie in cash toelaat ten belope van het Belastbaar Voordeel.  Bovendien zou de eerder complexe "cascadestructuur" geen vereiste zijn. 


Cashbetaling is fiscaal aftrekbaar

De Rulingcommissie bevestigt eveneens dat de cashbetaling in hoofde van de toekennende vennootschap een fiscaal aftrekbare beroepskost is in de zin van artikel 49 WIB92, aangezien het "zeker voordeel" gelinkt is aan de beroepsactiviteit van de begunstigde. Er dient bovendien geen fiscale fiche opgesteld te worden.


Geen terugname van het gehalveerd tarief

In tegenstelling tot wat het geval is bij een indekking via een aanpassing van de uitoefenprijs, bevestigt de Rulingcommissie dat de toekenning van een "zeker voordeel" in de vorm van een cashbetaling geen impact heeft op de toepassing van het gehalveerd tarief voorzien in artikel 43, §6, eerste lid van de Stockoptiewet. 

De Rulingcommissie benadrukt dat de toekenning van een "zeker voordeel" in de vorm van een cashbetaling geen afbreuk doet aan het feit dat de begunstigden van de aandelenoptie nog steeds het risico lopen dat de waarde van de onderliggende aandelen na de toekenning zou verminderen (cf. artikel 43, §6, eerste lid, 3° van de Stockoptiewet). De mogelijkheid om het gehalveerd tarief toe te passen, is uiteraard van groot belang voor de attractiviteit van deze indekkingstechniek. 


Conclusie 

Samengevat, lijkt de Rulingcommissie met deze beslissing groen licht te geven voor een indekkingstechniek via cashbetaling en dit zonder verlies van het gehalveerd tarief. Deze ruling zou kaderen binnen een principiële gedragslijn en vormt bijgevolg een belangrijk precedent voor gelijkaardige dossiers.