Overdracht van verzekeringsportefeuille onder Solvency II

Spotlight
15 maart 2016

Het wetsontwerp op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, dat in de Kamer werd ingediend op 13 januari 2016 en goedgekeurd op 18 februari 2016, zorgt voor de omzetting naar Belgisch recht van richtlijn 2009/138/EG van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf, zoals gewijzigd (hierna "Solvency II"). De wet vereenvoudigt het controleregime voor de overdracht van een verzekeringsportefeuille tussen verzekeringsondernemingen in de Europese Unie: de goedkeuring door de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst van de vervreemder hangt af van het attest door de autoriteit van de lidstaat van de verkrijger en van de goedkeuring van de autoriteiten van de lidstaten waar de overeenkomsten werden gesloten, die moet tussenkomen binnen een termijn van drie maanden.

Achtergond

De verschillende richtlijnen die het controleregime van de verzekeringsondernemingen harmoniseerden, worden door Solvency II opgeheven en vervangen. Solvency II had op 1 januari 2016 omgezet moeten zijn.

Sommige regels van Solvency II werden al omgezet door de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen (bescherming van de consument) en door de wet houdende diverse bepalingen van 25 april 2015 (governance van verzekeringsondernemingen).

Om de omzetting van de richtlijn te voltooien, werd op 13 januari 2014 een wetsontwerp op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen ingediend in de Kamer. Dit ontwerp werd op 18 februari 2016 in de Kamer aangenomen. De wet zal in werking treden op de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Nieuw regime van goedkeuring van portefeuilleoverdracht - Solvency II

Artikel 39 van Solvency II vervangt het regime van artikel 14 van richtlijn 2002/83/EG van 5 november 2002 betreffende levensverzekering.

Het bepaalt dat een verzekeringsonderneming een verzekeringsportefeuille mag overdragen aan een andere in een lidstaat gevestigde verzekeringsonderneming nadat ze toestemming heeft gekregen van de toezichthoudende autoriteit van haar lidstaat van herkomst. Deze toestemming wordt verleend indien (i) de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst van de overnemende onderneming verklaart dat deze onderneming, mede gelet op de overdracht, het vereiste in aanmerking komend eigen vermogen ter dekking van het solvabiliteitskapitaalvereiste bezit, en (ii) de goedkeuring werd verkregen van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten waar deze contracten werden gesloten, of wanneer deze laatsten niet binnen een termijn van drie maanden na ontvangst van het daartoe strekkende verzoek hebben gereageerd.

Dit regime werd getrouw omgezet in artikelen 102 en 104 van de nieuwe wet.


Nieuw regime van goedkeuring van portefeuilleoverdracht - Nieuwe wet

Artikel 102, eerste lid, 3° van de wet bepaalt dat aan de voorafgaande goedkeuring van de Nationale Bank van België (als Belgische toezichthoudende autoriteit) wordt onderworpen "de overdracht van alle of een deel van de activiteiten, met inbegrip van de volledige of de gedeeltelijke overdracht van een portefeuille, waardoor de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de verzekerings- of herverzekeringsovereenkomsten worden overgedragen". Artikel 104, §1, 1° bepaalt dat "indien de overnemende onderneming onder het recht van een andere lidstaat ressorteert", de Bank de overdracht enkel zal mogen goedkeuren op voorwaarde dat "de toezichthouders van die lidstaat (...) hebben verklaard dat deze onderneming, mede gelet op de voorgenomen overdracht, het vereiste in aanmerking komend eigen vermogen bezit ter dekking van het solvabiliteitskapitaalvereiste als bedoeld in de wetgeving die op deze onderneming van toepassing is". Deze regels stemmen overeen met het voorheen geldende regime.

Artikel 104, §1, 2° van de wet bepaalt: "wanneer de toestemming wordt gevraagd door een verzekeringsonderneming, in haar hoedanigheid van overdragende onderneming, is voor de gehele of de gedeeltelijke overdracht van een portefeuille van verzekeringsovereenkomsten die afgesloten zijn via een in een andere lidstaat gevestigd bijkantoor of in het kader van het vrij verrichten van diensten, bovendien de voorafgaande instemming vereist van de toezichthouders van de betrokken lidstaten van ontvangst."

Dit laatste is nieuw ten opzichte van het vroegere regime: de vereiste toestemming is niet meer deze van de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van de verbintenis (artikel 14, §3 van de 2002/83/EG richtlijn), dit wil zeggen de lidstaat van de gewone verblijfplaats of van de vestiging van de verzekeringnemer (artikel 1, §1, g) van de 2002/83 richtlijn), maar deze van de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de contracten werden gesloten.

Deze nieuwigheid is een vereenvoudiging van het mechanisme voor de overdracht van een verzekeringsportefeuille. Indien alle contracten in België werden gesloten, is de toestemming van de autoriteiten van de lidstaat waar de verzekeringnemer gevestigd is op het moment van de overdracht, niet meer vereist.

Tegenwerpelijkheid van de overdracht van overeenkomsten - Solvency II

De goedkeuring van de overdracht van een verzekeringsportefeuille "wordt hetzij alvorens, hetzij nadat toestemming is verleend, bekendgemaakt, overeenkomstig het nationale recht van de lidstaat van herkomst, de lidstaat van het risico of de lidstaat van de verbintenis", aldus artikel 39, §6, eerste lid van Solvency II.

"Deze overdracht kan van rechtswege worden tegengeworpen aan de verzekeringnemers, aan de verzekerden en aan iedereen die uit de overgedragen overeenkomsten voortvloeiende rechten of plichten heeft", aldus artikel 39, §6, tweede lid van Solvency II.

Deze beginselen werden in artikelen 106 en 567, § 2 van de wet omgezet. Artikel 567, § 2 regelt de bekendmaking in België van de beslissingen van bevoegde autoriteiten in andere lidstaten met betrekking tot contracten waarvoor België de lidstaat van de verbintenis of de lidstaat van het risico is.

Tegenwerpelijkheid van de overdracht van overeenkomsten - Nieuwe wet

"De Bank publiceert in het Belgisch Staatsblad een uittreksel van elke beslissing tot goedkeuring (...) van een overdracht van rechten en verplichtingen die voortvloeien uit verzekerings- of herverzekeringsovereenkomsten", zo bepaalt artikel 106.

Artikel 106 voegt eraan dat "elke gehele of gedeeltelijke overdracht van de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit deze verrichtingen tegenwerpbaar [is] aan derden, met name aan de verzekeringnemers, de verzekerden en de begunstigden, zodra de goedkeuring van de Bank in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd is."

Artikel 106 verduidelijkt verder dat deze tegenwerpelijkheid geldt "onverminderd de artikelen 17 en 18 van de Wet Verzekeringen". Artikel 17 maakt, vanaf de dag van de publicatie in het Belgisch Staatsblad, elke overdracht van overeenkomsten betreffende risico's of verbintenissen gelegen in België, die door de bevoegde autoriteit werd goedgekeurd, aan de bovengenoemde personen tegenstelbaar. Artikel 18 geeft de verzekeringsnemer een opzeggingsmogelijkheid van drie maanden vanaf deze publicatie.

De verzekeraar die de portefeuille heeft verworven, moet de verzekeringsnemers bovendien van de overdracht op de hoogte brengen en moet een afschrift van deze mededeling aan de FSMA bezorgen (artikel 36 van de wet van 4 april 2014).