Hof van Cassatie bevestigt vertrouwelijkheid adviezen bedrijfsjuristen

Spotlight
15 maart 2015

Het Hof van Cassatie heeft de voorziening verworpen tegen het arrest waarin het Hof van Beroep besliste dat adviezen van bedrijfsjuristen niet in beslag kunnen worden genomen door de Belgische mededingingsautoriteit. Het staat nu vast dat adviezen van bedrijfsjuristen vertrouwelijk zijn en niet kunnen worden ingekeken en/of gebruikt tegen de werkgever van de opsteller van het advies.


In een arrest van 5 maart 2013 besloot het Hof van Beroep te Brussel dat adviezen van bedrijfsjuristen (leden van het Instituut voor bedrijfsjuristen) vertrouwelijk zijn. Het arrest werd geveld naar aanleiding van een huiszoeking die de Belgische mededingingsautoriteit uitvoerde in de lokalen van Belgacom. Het Hof te Brussel bevestigde dat adviezen van bedrijfsjuristen niet door de Belgische mededingingsautoriteit in beslag kunnen worden genomen in het kader van een mededingingsonderzoek.

Het Hof van Beroep week in zijn arrest af van de rechtspraak van het Europese Hof van Justitie inzake huiszoekingen door de Europese Commissie. In het Akzo-arrest (zaak C-550/07 P) besliste het Hof van Justitie namelijk dat correspondentie tussen een onderneming en een bedrijfsjurist/advocaat in dienstbetrekking bij die onderneming, ten aanzien van de Europese Commissie, niet kan genieten van het legal professional privilege. Sinds deze uitspraak, kan de Europese Commissie in het kader van een Europees mededingingsonderzoek correspondentie met een bedrijfsjurist opvragen en in beslag nemen. Het Hof van Beroep oordeelde dat het Akzo-arrest geen toepassing vindt in het kader van een onderzoek gevoerd door de Belgische mededingingsautoriteit, zelfs niet wanneer dit gebeurt voor rekening van de Europese Commissie.

De Belgische mededingingsautoriteit verzocht vervolgens het Hof van Cassatie om dit arrest te verbreken. In een arrest van 22 januari 2015 verwierp het Hof van Cassatie de ingestelde voorziening (behalve op een punt dat niet relevant is voor de vertrouwelijkheid van adviezen van bedrijfsjuristen).

Als gevolg van het Cassatie-arrest, staat nu vast dat adviezen van leden van het Instituut voor bedrijfsjuristen niet mogen worden ingekeken en/of gebruikt tegen de werkgever van de opsteller van het advies. Dit verbod geldt voor onderzoeken door de Belgische mededingingsautoriteit, maar niet het kader van mededingingsonderzoeken uitgevoerd door de Europese Commissie. De term "adviezen" moet, zoals het Hof van Beroep in zijn arrest had aangegeven, ruim worden geïnterpreteerd. Het betreft niet enkel finale adviezen, maar ook aan het advies voorafgaande interne correspondentie en ontwerpadviezen.

De uitspraak van het Hof van Cassatie komt, door de bevestiging van het bestreden arrest, tegemoet aan de noodzaak voor bedrijfsjuristen om hun management op vertrouwelijke en objectieve wijze te kunnen adviseren.